Prinsjesdagspecial | In het verleden hebben multinationals meermaals gebruikgemaakt van de verschillende kwalificaties die landen hanteerden omtrent de behandeling van belastingplichtigen. Per 1 januari 2020 zijn al maatregelen ingevoerd om hybride mismatches tegen te gaan.
Het doel van het wetsvoorstel is om hybride mismatches die per 2020 nog niet geregeld zijn, de zogenaamde omgekeerde gevallen, verder te voorkomen. Het gaat daarbij om een verschil in fiscale kwalificatie van samenwerkingsverbanden, zoals besloten cv’s in cv-bv-structuren. In Nederland zijn deze samenwerkingsverbanden niet zelfstandig belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Belastingheffing vindt plaats op het niveau van de participanten (fiscale transparantie).
Fiscaal transparant
Er ontstaat een kwalificatieverschil als de participanten van het samenwerkingsverband zijn gevestigd in een land dat deze fiscale transparantie niet kent. Per saldo heft dan dus geen enkel land belasting. Het voorstel strekt ertoe deze kwalificatieverschillen te neutraliseren door onder voorwaarden de kwalificatie van het samenwerkingsverband van het land waar de participanten gevestigd zijn te volgen. Dat betekent dat een vanuit Nederlandse fiscale optiek fiscaal transparant samenwerkingsverband in die situaties als zelfstandig belastingplichtig is aan te merken. In de praktijk maken vooral Amerikaanse concerns gebruik van deze structuren, omdat in de verhouding Nederland-Amerika deze mismatch aanwezig is.
Onder maatschappelijke druk hebben meerdere landen de handen ineengeslagen om elkaars kwalificatie af te stemmen. De laatste mogelijkheden tot zogeheten ‘mismatches’ dienen na invoering van een nieuwe wet – met ingangsdatum 1 januari 2022 – tot het verleden te behoren.