Moet je een transitievergoeding betalen bij het ontslag van een van je werknemers? En heb je deze werknemer in een eerder stadium opgeleid voor een andere functie binnen je bedrijf? Dan mag je mogelijk per 1 januari 2020 de opleidingskosten die je daarbij hebt gemaakt, onder voorwaarden in aftrek brengen op de transitievergoeding.
Transitievergoeding
Een werknemer heeft recht op een transitievergoeding bij ontslag als het initiatief hiertoe door de werkgever wordt genomen. Hoeveel transitievergoeding de werknemer krijgt, hangt af van het salaris en aantal dienstjaren. De maximale transitievergoeding in 2019 is € 81.000 of een jaarsalaris als dit meer is.
Opleidingskosten in mindering
De aanpassing in wetgeving betekent dat opleidingskosten die een werkgever eerder heeft gemaakt voor een andere functie binnen zijn bedrijf, op de transitievergoeding in aftrek kan worden gebracht. Het wetsvoorstel ligt nu bij de Raad van State voor advies en zou per 1 januari 2020 moeten ingaan.
Vereisten
Het moet gaan om kosten die zien op een individuele werknemer en gemaakt zijn in de periode waarop de transitievergoeding ziet. Daarnaast moeten de kosten gemaakt zijn in de vijf jaar voorafgaand aan de dag waarop de transitievergoeding is verschuldigd, tenzij werkgever en werknemer anders hebben afgesproken.
Het mag niet gaan om loonkosten of kosten die op een derde of de werknemer kunnen worden verhaald. De kosten mogen niet onevenredig hoog zijn in verhouding tot het doel, de werknemer heeft schriftelijk ingestemd met het in mindering brengen van de kosten op de transitievergoeding en het bedrag dat in mindering wordt gebracht, tenzij het gaat om trajecten die met de bonden zijn afgestemd.
Soms aftrek nu al mogelijk
Opleidingskosten voor een functie bij een andere werkgever zijn nu al aftrekbaar van de transitievergoeding. Opleidingskosten voor een functie die een werknemer nu al heeft, zijn en blijven niet aftrekbaar.